16 mei '23
Bij verschillende vormen van handhaving, zoals een bestuurlijke boete, een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang, wordt gebruik gemaakt van bevindingen/waarnemingen van inspecterende toezichthouders. Een voorbeeld is het rapport van bevindingen dat doorgaans wordt opgemaakt na een inspectie van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Constateringen in die rapporten kunnen van grote waarde zijn, want op basis daarvan kunnen vervolgens door het desbetreffende bestuursorgaan mogelijk ingrijpende sancties worden opgelegd. Maar wat als een vermeende overtreder het oneens is met de gedane constateringen - in hoeverre kan hij die constateringen dan betwisten?
Het uitgangspunt in de rechtspraak is dat een bestuursorgaan in beginsel mag uitgaan van de juistheid van de bevindingen in een op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakt rapport, zie bijvoorbeeld rechtsoverweging 5 in een uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) (ECLI:NL:CBB:2022:168):
“In beginsel mag een bestuursorgaan uitgaan van de bevindingen in een rapport van bevindingen, indien de controle is verricht en het rapport is opgemaakt door een hiertoe bevoegde toezichthouder en het rapport zelf geen grond biedt om aan de juistheid van de bevindingen te twijfelen. Een toezichthouder wordt geacht te beschikken over de benodigde expertise om het wettelijk geregelde toezicht te houden.”
Dit betekent echter niet dat constateringen in dergelijke rapporten onverbiddelijke waarheden zijn, zie namelijk de toevoeging aan bovenstaande regel:
“Indien de bevindingen worden betwist, zal moeten worden onderzocht of er, gelet op de aard en inhoud van die betwisting, grond bestaat voor zodanige twijfel aan die bevindingen dat deze niet of niet volledig aan de vaststelling van de overtreding ten grondslag kunnen worden gelegd. Daarbij zal doorgaans van belang zijn de wijze waarop de bedoelde waarnemingen in het rapport zijn weergegeven en onderbouwd, alsmede de aard van de waarneming en daarbij in het bijzonder in welke mate die waarneming waarderende elementen kent.”
Kort gezegd komt het bovenstaande erop neer dat naar mate een (constatering in een) rapport in mindere mate duidelijk en gedetailleerd is en de betwistende verklaring daarentegen wél in grote mate aannemelijk is, het tóch zo kan zijn dat die constatering uit het desbetreffende (inspectie)rapport niet voldoende is om een overtreding vast te kunnen stellen. In dat geval kan een rechter de door de NVWA of een ander bestuursorgaan opgelegde boete vernietigen.
In jurisprudentie komt naar voren dat rechters in de regel oordelen dat bestuursorganen terecht mochten afgaan op bevindingen/waarnemingen in (inspectie)rapporten. Het komt echter ook regelmatig voor dat een rechter oordeelt dat een (inspectie)rapport niet heeft mogen volstaan als onderbouwing van de geconstateerde overtreding. Hieronder volgt een tweetal voorbeelden.
In een zaak van het CBb van 16 juni 2020, (ECLI:NL:CBB:2020:403) volgde uit een rapport van bevindingen van de NVWA dat bij een bedrijf sprake zou zijn van groene, op algen lijkende aanslag op de muur en dat daarom sprake was van een overtreding van de toepasselijke hygiënevoorschriften. Verdere uitleg en foto’s ontbraken echter. Het CBb vond deze constatering te kort, te algemeen en onvoldoende duidelijk omschreven. Het gebrek aan bijgaande verhelderende foto’s werd het bestuursorgaan ook aangerekend. De verklaring van de desbetreffende vermeende overtreder, namelijk dat geen sprake was van algen aan een muur maar van roestplekken, werd daarentegen wel aannemelijk geacht.
In een andere zaak van het CBb van 21 december 2021 (ECLI:NL:CBB:2021:187), werd een café beboet voor schending van het rookverbod, omdat een toezichthouder in het rapport van bevindingen had genoteerd dat bij binnenkomst sprake was van “de typische, penetrante geur van tabaksrook”. Het CBb oordeelde echter dat deze beschrijving te summier was en dat deze enkele waarneming, zonder dat daadwerkelijk rokende mensen of andere aanwijzingen zoals volle asbakken waren geconstateerd, onvoldoende was om een overtreding vast te kunnen stellen. Volgens het CBb kon hierdoor niet worden uitgesloten dat de waargenomen geur niet werd veroorzaakt door in de horeca gerookte tabak, maar elders gerookte tabak.
Uit het voorgaande volgt aldus dat het dus zeker kan lonen om bij door bestuursorganen - zoals de NVWA - geconstateerde overtredingen kritisch te zijn op het rapport van bevindingen / inspectierapport dat ten grondslag is gelegd aan de vermeende overtreding.
De specialisten van ons team Internationale Handel, Douane en Voedsel- en warenpraktijk kunnen u snel en effectief van dienst zijn. Indien u vragen heeft over dit onderwerp of over andere kwesties rondom Internationale Handel, Douane of Voedselveiligheid- en wetgeving, kunt u contact opnemen met één van onze teamleden of neem rechtstreeks contact op met Marijn van Tuijl.
Contact
Aankomende events
01 nov 24
21 okt 24
14 okt 24
13 okt 24
09 okt 24
07 okt 24
27 sep 24
13 sep 24
13 aug 24
13 aug 24
19 jul 24
17 jul 24
Met uw inschrijving blijft u op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen op dit gebied. Vul hieronder uw gegevens in om per e-mail op te hoogte te blijven.
Blijf op de hoogte van de laatste juridische ontwikkelingen in uw sector. Vul hieronder uw gegevens in om op maat gesneden juridische updates en uitnodigingen voor evenementen te ontvangen.
Volgen wat u interessant vindt
Krijg aanbevelingen op basis van uw interesses
{phrase:advantage_3}
{phrase:advantage_4}
We vragen u om uw voor- en achternaam zodat wij die kunnen gebruiken als u zich bijvoorbeeld inschrijft op een Ploum Kennisevent.
Er wordt automatisch een wachtwoord voor u aangemaakt. Zodra uw account is aangemaakt ontvangt u dit wachtwoord in een welkomstmail. U kunt er direct mee inloggen. Dit wachtwoord kunt u indien gewenst ook zelf aanpassen via de wachtwoord vergeten functie.